Harlingen – Vanochtend zijn er al verschillende hulpdiensten naar de Haven in harlingen gegaan.

Vanochtend zijn er al meerdere voertuigen uit heel friesland naar Harlingen toe gegaan.

Het gaat hier om een grote rampen oefening waarvoor vele hulpdiensten moeten samenwerken. De eerste melding van ‘Scheepsongeval’ waarna de TS1 van Harlingen uitrukt samen met de WO en de WO van Leeuwarden. Ook is de BrvSneek gealarmeerd.

Tevens is er opgeschaald naar PRIO 1 gev. stoffen. waarna Franeker ter plaatste is gegaan. Hierna werdt er het sein middelbrand en direct daarna het sein GRIP-2, waardoor de Brandweer uit Drachten en Sneek met de VC2 en de COH bak.

Om 7.45 wordt het SIGMA-team gealarmeerd met GRIP 3.

Om 8.02 wordt er gealarmeerd voor PELETON inzet waarna brandweer Makkum, Bergum, Marssum, Grouw, Leeuwarden, Bergum, Hallum, Buitenpost en Sint Annaparochie zijn gealarmeerd.

8.06 Wordt het OGS team van leeuwarden gealarmeerd. Het duikersteam van Harlingen is voor de tweede keer gealarmeerd voor duikongeval groot.

Er zijn diverse meetploegen gealarmeerd voor deze oefening.

Dit betreft deel 2 van de ADR. (Algemene Doorlichting Rampenbestrijding) Middels het instrument ‘de ADR’ toetst de Inspectie OOV in welke mate in veiligheidsregio’s voorwaarden zijn geschapen om mogelijke rampen of grootschalige incidenten te kunnen bestijden. Het instrument is toegespitst op het achterhalen van de operationele prestaties van de voorbereiding. De Inspectie OOV heeft het toezicht door middel van de ADR opgesplitst in drie delen, die per regio in chronologische volgorde worden uitgevoerd. Deel 1 van de ADR richt zich op de vraag of kritische rampbestrijdingsprocessen voldoende zijn voorbereid in de onderzochte regio. Hierbij vormen a) leiding en coördinatie, b) opschaling van de rampbestrijdingsorganisatie, en c) informatievoorziening, de kritische processen. Indien de voorbereiding van de kritische processen door de Inspectie OOV als voldoende wordt beoordeeld (wanneer de te verwachten operationele effecten van de voorbereiding voldoende groot zijn), kan overgegaan worden naar deel 2 van de ADR: de simulatie. De simulatie beoogt een realistische praktijktest te zijn van dezelfde kritische processen. Bij deel 2 van de ADR ligt de nadruk niet op de voorbereiding van de rampenbestrijding, zoals bij deel 1, maar op de werking ervan. Wanneer de simulatie naar behoren verloopt, zal deel 3 van de ADR uitgevoerd worden in de onderzochte regio. Hierbij toetst de Inspectie OOV de regio op de thema’s: het voorkómen van rampen, bestuurlijke aansturing en overige rampbestrijdingsprocessen.

© Foto’s Nick Den Boer

www.112noordwestfryslan.nl

 

112Fryslan